banner
   
Home Bongo - Tragelaphus eurycerus Alfabetisch
Register
       
Leefgebied     Voortplanting
 
Bongo Blijdorp 2011 Bongo's zijn de grootste en kleurigste bosantilopen.

Door hun gestreepte vacht vallen ze nauwelijk op tussen het gebladerte.
Bongo's zijn de enige bosantilopen waar-van de vrouwtjes in groepen leven, mannetjes leven solitair.

Over beide zijden lopen tien tot zestien witte strepen en op de wangen heeft hij witte vlekken.

De buik is zwartgekleurd. Bij het mannetje loopt er een kleine maan over de rug en zijn de poten bont gekleurd met een tekening van zwarte en witte vlekken.

Beide geslachten hebben spiraalvormige hoorns.
Oudere dieren zijn zwaarder en donkerder dan jongere dieren.
De bongo heeft opvallend grote oren.

Hij komt uitsluitend voor in de bosmozaïeken van de Afrikaanse regenwoudgordel.
Hij komt onregelmatig voor in de laaglanden van West-Afrika en het Kongogebied en de hooglanden van Kenia, waaronder Mount Kenya.
Bongo Gaiapark Kerkrade 2008 Bongo Gaiapark Kerkrade 2008
 
Afrika 1 jong
   
Leefomgeving Draagtijd
   
dicht bebost regenwoud 9 maanden
   
Voedsel Leeftijd
   
Bladeren, kruiden, gras, bamboe en springzaad 20 jaar
   
Lengte en gewicht Bijzonderheden
   
Schouderhoogte
1.10-1.30 meter
mannetjes
240-405 kg
vrouwtjes
210-250 kg
De bongo is een echte bosbewoner.
De bongo leeft alleen in een groot woongebied, dat veelal overlapt met dat van andere bongo's.

Vrouwtjes met zogende kalveren leven echter wel in grote groepen.
In de bergen leven ze tot op 4000 meter in het droge seizoen en tot 3000 meter in het regenseizoen.

De bongo rust meestal overdag in dichte begroeiing. 's Nachts wordt hij actief. Ze begeven zich nooit ver van de begroeiing, waar ze bij gevaar invluchten.

Er is in Kenia een geboortepiek tussen juli en september, maar de bongo plant zich het gehele jaar door voort. Na een draagtijd van 284 dagen wordt een kalf geboren. Dit kalf blijft verstopt tussen de dichte begroeiing tot het zich samen met zijn moeder aansluit bij een groep met andere moeders met kalveren.

In Kenia hebben alle moeders met zogende kalveren zich drie maanden na de geboortepiek aangesloten bij een kudde.
De dieren zijn niet territoriaal.

Mannetjes vormen geen harems.