banner
   
Home Zebramangoest - Mungos mungo Alfabetisch
Register
       
Leefgebied     Voortplanting
 
Zebramangoest Aqua Zoo 2007

De zebramangoeste is een stevige mangoeste met een grote kop, kleine oren, korte, gespierde poten en een lange staart, bijna net zo lang als de rest van het lichaam. Dieren in vochtigere streken zijn groter en donkerder dan dieren in drogere streken. Aan de poten zitten lange klauwen, waarmee het dier in de bodem kan graven.

De zebramangoeste is overdag actief, maar bij extreme hitte alleen 's ochtens en 's avonds. Het is een groepsdier, familiegroepen van ongeveer 30 soortgenoten bij elkaar leeft.
Als een groep meer dan 40 dieren bevat, zal hij meestal gaan opsplitsen in twee kleinere groepen van 15 tot 20 dieren.
Leden van een groep kunnen elkaar herkennen aan een gezamenlijke groepsgeur

Zebramangoest Aqua Zoo 2007 Zebramangoest Aqua Zoo 2007

Zebramangoesten gebruiken verlaten termietenheuvels als hun dagelijks verblijf. De heuvels, die een grootte hebben van ongeveer 1 m³, worden door de mangoesten ingericht met allerlei vertrekken. Het territorium kan vrij groot worden, tot 130 hectare. Het wordt afgebakend met geurvlaggen. Vooral hooggeplaatste mannetjes markeren het territorium regelmatig. Opvallende plaatsen in het territorium, waaronder termietenheuvels, stenen en boomstronken, worden dagelijks gemarkeerd.

 

Afrika

2-6 jongen

   
Leefomgeving Draagtijd
   

open savannen, licht beboste streken en gras-landen, voorna-melijk in de buurt van water

2 maanden

   
Voedsel Leeftijd
   

insecten,
muizen,
slangen en
vruchten

12 jaar

   
Lengte en gewicht Bijzonderheden
   

30-45 cm.
staart 15-30 cm.
1,5-2,5 kg.

Eierkraker,
door met eieren
te gooien tot ze open gaan.

Zebramangoesten staan het meest bekend doordat ze giftige slangen zoals de cobra en schorpioenen kunnen doden. Veel van zijn voedsel graaft hij op met de scherpe klauwen.

Soms eet hij ook plantenwortels en vruchten.

Een geliefd tussendoortje is een vogelei.

Deze worden met de voorpoten uit een nest geroofd en vervolgens tussen de achterpoten weggesleurd.
De kern van de groep bestaat uit één dominant mannetje en drie of vier dominante vrouwtjes.

Uitsluitend de dominante dieren mogen zich voortplanten. De hiërarchie onder de dieren is gebaseerd op leeftijd, grootte en assertiviteit.

De jongen drinken binnen de groep bij elk vrouwtje dat melk kan geven.
Ze houden contact met de andere groepsleden met een grote ver-scheidenheid aan geluiden.