banner
   
Home Vorkstaartplevier - Glareola pratincola Alfabetisch
Register
       
Leefgebied     Voortplanting
 
Vorkstaartplevier Vogelpark Ruinen 2007

De zwarte, gevorkte staart en donkere bruine vleugels zijn lang en smal.

De korte, haakvormige snavel is zwart met een rode basis.

De vorkstaartplevier bewoont vlakke,
open gebieden met schaarse vegetatie, overbeweide weilanden en af en toe, de omgeploegde akkers in Europa en Azië.

In Afrika is hij meestal te vinden in open gebieden dicht bij het water, vooral langs grote rivieren en riviermondingen waar sprake is van modder en ijle grassen.

Het is een insecteneter , meestal actief bij zonsopgang en zonsondergang.

De vorkstaartplevier zigzagt gracieus door zwermen insecten , ze plukken de prooi vanuit de lucht met een elegantie die vergelijkbaar zijn met die van een zwaluw.

Het is echter ook een snelle loper en is vaak in staat, om met succes, achter insecten aan te jagen.

Vorkstaartplevier Vogelpark Ruinen 2007
De vorkstaartplevier bouwt het nest op een locatie die veilig is tegen roofdieren,
zoals een klein eiland in een meer, of op een zandbank of wad.
De vogels nestelen koloniaal in kleine groepen van 10-20 of maximaal 100 paren.

De broedparen komen dan samen om hun nest te bouwen, hoewel vogels die te dicht bij hun buren hun nest bouwen, vaak worden gezien als indringers, zij worden gewaarschuwd met een dreigende houding.
 

Zuid-Europa
Noord-en
Centraal-Afrika en Centraal-Azië

   
Leefomgeving Broedtijd
   

open land in de buurt van water

19 dagen

   
Voedsel Leeftijd
   

allerlei insekten zoals sprinkhanen, kevers, libellen, vliegen

   
Lengte en gewicht Bijzonderheden
   

24-28 cm. Spanwijdte
60-70 cm.
70-95 gram

Het duurt slechts een jaar voor
een individu om seksuele rijpheid
te bereiken.

Na het broed-seizoen, trekken de vogels naar de warmere klimaten van Afrika. 

Vorkstaartplevieren hebben een vreemde manier om roofdieren af te leidende als deze te dicht bij het nest komen.

De vogel laat zich op de grond vallen en handeld alsof één of beide van zijn vleugels zijn gebroken, vaak sleept hij met een vleugel achter zich aan als hij loopt.

Dit gedrag leidt een roofdier af, deze zal zijn aandacht richten op de vogel, en de vogel op zijn beurt voert het roofdier weg van het nest.

In maart keren ze naar de broed-gebieden terug.