Canadese kraanvogel
Chinese kraanvogel
Europese kraanvogel
Jufferkraanvogel
Kroonkraanvogel
Kroonkraanvogel oost
Lelkraanvogel
Paradijskraanvogel
Saruskraanvogel
Witnekkraanvogel
Zw. kroonkraanvogel
Grijsvleugel trompetvogel |
Kraanvogels zijn actieve vogels die zeer opvallen door hun balts en dans waarmee
ze zelfs luidruchtig naar elkaar roepen.
Vooral in het voorjaar wanneer wat oudere vogels hun broeddrift tonen is hun dans bijzonder mooi, tijdens de dans springen
de beide vogels met uitgestrekte vleugels
om elkaar heen en springen soms enkele meters hoog. |
 |
Zwanen zijn elegante vogels met een lange hals. Ze zijn zwaargebouwd en stijgen moeizaam op van het water. Daarbij trappelen ze en slaan ze krachtig met de vleugels.
Ze hebben een onhandige, waggelende gang.
|
Reigers zijn grote vogels met lange poten en een stevige, lange snavel. Het voedsel bestaat voornamelijk uit kikkers en vissen. Reigers onderscheiden zich onder andere door de aanwezigheid van poederdonsveren van andere vogelfamilies. Poederdonsveren zijn veren die constant doorgroeien en nooit uitvallen. De toppen van de veren verpulveren echter en vormen zo een poeder dat door de vogels gebruikt wordt om het verenkleed te reinigen. |
 |
 |
Pelikanen hebben een grote snavel en
een grote keelzak, tussen de onderkant
van de snavel en de keel.
Als een pelikaan een prooi ziet schept
hij de vissen uit het water. Als hij zijn
hoofd optilt gaat het water weg en blijf
de vis achter. |
Ganzen hebben een middellange hals en
een krachtige kegelvormige snavel.
Aan de bovensnavel zit een zaagrand.
In vergelijking met de zwanen zijn
ganzen kleiner en compacter.
Ten opzichte van de halfganzen en de
eenden zijn ze echter groter.
|
Flamingo's hebben bijzonder lange poten
en een bijzonder lange hals. Het zijn echte voedselspecialisten die met een bijzonder filtermechanisme in hun snavel klein voed-sel uit het water weten te filteren. |
 |
 |
Met weinig vogels heeft de mens zo'n
sterke band als met de ooievaar.
Het is dan ook de enige grote en opvallende vogelsoort die al sinds mensen-heugenis dorp, stad en veld met zijn aanwezigheid opfleurt, en bij voorkeur menselijke bouw-sels als broedplaats verkiest.
Volksverhalen over de ooievaar als
brenger van geluk en nieuw leven
maken duidelijk, dat het een graag
geziene gast is. |
Eenden zijn hoofdzakelijk aquatische
vogels, meestal kleiner dan hun ver-
wanten, de zwanen en de ganzen, met
een kortere nek, en kunnen in zowel
zoet als zout water worden gevonden.
Pinguīns of vetganzen zijn een orde van
niet-vliegende zeevogels die alleen voorkomen op het zuidelijk halfrond. |
Steltlopers hebben, zoals de naam al
zegt, lange poten. Ze leven meestal in
de omgeving van water.
Tijdens de trek en in de winter komen
ze vaak voor in dichte groepen op moddervlakten.
Ze foerageren op insecten, wormen, weekdieren en kreeftachtigen;
soms ook op plantaardig materiaal, kleine visjes, etc.
Veel steltlopers hebben daarom een aangepaste snavel. Ze kunnen, zelfs
met een dichte snavel, de uiteinden
enigszins als een pincet opensperren.
Bovendien is bij deze soorten de snavel-
punt bezet met kleine tastlichaampjes.
Deze dienen om bij het onderzoek van de bodem prooi op te sporen. |
 |
Watervogels hebben vaak een plomp uiterlijk. Veel soorten hebben een lange
hals, waarmee onder het wateroppervlak naar, hoofdzakelijk plantaardig voedsel wordt gezocht.
De meeste soorten hebben een afgeplatte snavel. De poten zijn voorzien van zwemvliezen, behalve bij de hoender-
koeten, die lange, kip-achtige poten
hebben. |
 |
|
Hagedash ibis
Heilige ibis
Heremiet ibis
Rode ibis
Smalsnavel ibis
Strohals ibis
Zwarte ibis
Zwartkop ibis
Rode lepelaar
Witte lepelaar
|